Februari 2018
Cijfers over de kraamzorg bewijzen nu dat er een enorm probleem is ontstaan in de kraamzorg. Meer dan de helft van de kraamverzorgenden is 45+ en meer dan 42 % boven de 50 jaar. Slechts 14% van de groep kraamverzorgenden is tussen de 20 en 30 jaar. De uitstroom van kraamverzorgenden gaat veel sneller dan de instroom. Indien deze trend zich voorzet heeft de kraamzorgsector tussen nu en 5 jaar geen mensen meer om de vraag naar kraamzorg te kunnen beantwoorden.
Gevolgen voor de kwaliteit en toegang tot goede geboortzorg:
De kwaliteit en continuiteit van kraamzorg wordt dus ernstig bedreigd door de zorgelijke situatie op de arbeidsmarkt. Het werken in de kraamzorg is steeds minder aantrekkelijk en niet meer voltehouden voor een snel groeiende groep kraamverzorgenden van alle leeftijden en men begint massaal het vak te verlaten. Hierdoor komt niet alleen de directe zorg aan alle toekomstige ouders en hun baby's in gevaar. Onvoldoende kraamzorg betekent ook dat de hele geboortezorg onder druk komt te staan. De ziekenhuizen kunnen de bevallingen en aanvullende zorg nu al nauwelijks aan. Als vrouwen niet meer naar huis kunnen na een bevalling omdat daar onvoldoende professionale nazorg is, zal dat de situatie in de ziekenhuizen en bevalcentra enkel nog slechter maken. Daarbij zullen er vaker en meer kinderen en pasbevallen vrouwen medisch, psychisch en sociaal ernstige gevolgen ervaren als er geen kraamzorg is die eventuele complicaties in een vroeg stadium kan herkennen of voorkomen.
Cijfers maken uitstroom en vergrijzing schokkend duidelijk
Inmiddels zijn, via het Kennis Centrum Kraamzorg, voorlopige cijfers bekend van de uitstroom en opbouw van de beroepsgroep. Hieruit blijkt dat afgelopen jaren meer kraamverzorgenden zijn gestopt met het werken in de kraamzorg dan dat er begonnen zijn. Ook blijkt dat de beroepsgroep voor meer dan de helft bestaat uit 45plussers en dat we de komende jaren te maken krijgen met het vertrek van nog veel meer collega's die met pensioen gaan of die het door hun leeftijd niet meer volhouden te blijven werken in de kraamzorg. Jongeren stromen nauwelijks in. Wij zien in deze cijfers een bevestiging van de alarmerende signalen die wij afgelopen jaren via onze leden krijgen. De werkdruk stijgt, de werkomstandigheden en salarissen worden steeds slechter en mensen melden steeds vaker dat zij het niet volhouden in de kraamzorg te blijven werken. Zie: Werken in kraamzorg fantastisch, omstandigheden worden slechter en Economische voorspoed slaat kraamverzorgenden over
Sectorbrede aanpak noodzakelijk en van vitaal belang
Eind deze maand komt de sector bij elkaar; de NBvK, ondernemingsraden, vakbonden en werkgevers gaan aan tafel op verzoek van de werkgeversorganisatie BOgeboortezorg. Hier zal blijken of de sector in staat is samen de schouders te zetten onder de enorme klus die ons de komende jaren als kraamzorg te doen staat: samen zorgen voor voldoende goed opgeleide kraamverzorgenden die in moderne, gezonde en fatsoenlijke omstandigheden hun werk kunnen doen.
Wij hebben in januari 2018 een voorzet gegeven vanuit de beroepsgroep en een plan gepresenteerd hoe de arbeidsomstandigheden kunnen worden verbeterd via ons Voorstel CAO Inzet 2018 Dit voorstel is door de ruim 3000 NBvK leden en onze duizenden volgers binnen de beroepsgroep op sociale media enthousiast ontvangen. We hebben BOgeboortezorg verzocht dit plan als voorbereiding op het sectorbrede overleg, te verspreiden onder allle aanwezigen. Wij hebben en blijven aandacht vragen voor de problemen en oplossingen bij overheid, stakeholders en collega's in de geboortezorg.
Niet alleen problemen, er zijn kansen en oplossingen:
We hopen zo snel tot een sectorbreed plan van aanpak te kunnen komen. Wij zien behalve problemen ook voldoende mogelijkheden om snel tot oplossingen te komen:
1 Iedere kraamverzorgende die nog aan het werk is in de kraamzorg, vindt kraamzorg het mooiste vak van de wereld. Iedere kraamverzorgende zal er daarom alles aandoen om kraamzorg te behouden nu en in de toekomst! We moeten er wel voor zorgen dat er ook goed gezorgd wordt voor deze kraamverzorgenden.
2. Er staat een grote en groeiende groep zelfstandige zorgprofessionals (ZZP-ers) klaar die snel en goed kunnen inspringen op de tekorten die ontstaan zijn bij de kraamzorgorganisaties en die nu al voor veel vrouwen een oplossing zijn om zorg op maat te kunnen krijgen. De uitstroom onder deze groep is lager dan onder de groep kraamverzorgenden in loondienst Samenwerken met Zelfstandige Zorg Professionals (ZZP) in geboortezorg: nuttig en noodzakelijk
3. Er is geen sprake van minder vraag naar kraamzorg, sterker de vraag naar kraamzorg zal enkel toenemen, na jaren van stilstand verwacht het CPB dat het geboortecijfer de komende 10 jaar gaat stijgen van 170.000 baby's naar 196.000 baby's. Belangrijk is wel goed te onderzoeken waar de vraag naar kraamzorg uit bestaat en hoe we die met z'n allen gaan beantwoorden.
4. Er is geld, er wordt niet bezuinigd op kraamzorg. De tarieven in de kraamzorg stijgen alweer sinds 2016 (zonder dat daar een hogere vraag naar kraamzorg achter zat, het geboortecijfer is al sinds 2010 vrij constant). Ook voor 2019 is een hoger tareif vastgesteld door de NZa. Ieder jaar blijft er geld over van het budget van de ruim 300 miljoen dat de overheid uittrekt voor de financiering van de kraamzorg. Belangrijk is wel dat dit geld besteed gaat worden aan kraamzorg en dan met name de kraamverzorgenden.
Lees meer